Verbaal Redeneren 3: Logica
Deze uitleg zit in het Voorbereidingspakket
Voorbeeld 3
Tekst
In klas C zitten minimaal 2 kinderen en maximaal 3 kinderen die minimaal 1 klasgenootje hebben die op dezelfde dag jarig is en alle kinderen die op dezelfde dag jarig zijn hebben blond haar. Lisa is jarig op 2 december, maar er wordt niet vermeld wat haar haarkleur is. Karin is blond, maar het is niet bekend wanneer zij jarig is. Peter en Kyra zijn op dezelfde dag jarig.
Stelling
Peter en Kyra kunnen niet op 2 december jarig zijn.
Antwoord
Niet waar. Er kunnen 3 kinderen zijn die op dezelfde dag jarig zijn, dus als Lisa blond haar heeft, kunnen Peter, Kyra en Lisa op 2 december jarig zijn.
Het is mogelijk dat Peter en Kyra op 2 december jarig zijn, maar het is ook mogelijk dat ze niet op 2 december jarig zijn. De stelling stelt dat dit niet mogelijk is en is dus niet waar. Als de stelling was geweest, ‘Peter en Kyra zijn niet op 2 december jarig’, was het antwoord ‘niet te zeggen’ geweest. Let er dus goed op wat er precies in de stelling staat.